Dolle Duitse Donderdag

Anderhalve dag na de wissel stond er voor de Helden alweer een borrel op de planning. De nieuwe Ab wist het dispuut in zo’n kort tijdsbestek schijnbaar nog niet genoeg naar zijn hand te zetten, want het collectief diende op deze zomerse dag af te reizen naar zijn gevreesde Limburg. De jongste lichting had de dag ervoor gelukkig wel de nacht van hun leven gehad met het veroveren van de spouwen-en- draken-douwen-trofee jaarclubtrofee. Deze heftige nacht zorgde er echter wel voor dat Brum nog slechter was in zien dan Moes incapabeler bleek dan normaal. Met zijn vermoeide lichaam – een kwartiertje inspanning voelt voor de Ali-express Kirk Hammett immers al net zo zwaar als een SS-bootcamp – kreeg hij het namelijk in een uur tijd niet voor elkaar om het gevraagde borrelcadeau te halen. Het leidde tot paniek bij het nieuwe bestuur. Krik besloot derhalve om bij te springen, maar vergat derhalve zijn belangrijkste accessoire. De gloednieuwe Praeses was zowaar nog vergeetachtiger dan zijn rechterhand. Wist u, waarde lezer, namelijk dat drie A4 ́tjes printen langer duurt bij de printshop dan bij de printer van de man met zes virtuele zetels? De afgesproken tijd en daarmee de afgesproken trein werden dan ook niet door iedereen gehaald.

J tot de O tot de SSA – die gelukkig wél op tijd was na zijn kappersafspraak – probeerde het collectief nog wel bij elkaar te houden. De nestor en de opperdildo trokken echter hun eigen plan. Zij sprongen namelijk à la Ronald Koeman op een trein die deze donderdag slechts twintig één keer voorbij zou komen. Daarmee leverden ze net zo’n krachtig statement af als de UEFA onlangs deed tegen de Hongaarse Thierry. Het viel ze echter niet kwalijk te nemen. Kjak – wiens meest revolutionaire beleidspunt als TOCK-Praeses was dat hij de coronasituatie nauwlettend in de gaten zou houden – bleek na zijn zware kritiek op de ‘’inhoudsloze’’ beleidsplannen van het nieuwe bestuur namelijk simpelweg gelijk te hebben. Snof was natuurlijk al helemaal ontdaan van het ondermaats handelen van het bestuur en liet dan ook terecht van zich gelden. Afijn, nadat de nestor een hartig woordje had gesproken met El Zizelinho was het allemaal weer koek en ei. De rit in de burgerrups was vanaf vervolgens weer als vanouds gezellig. Brum wist in dit traject zelfs meer actie uit zijn mouw te schudden dan in zijn eerdere treinrit naar Venhorst. Na een warm welkom van het ontvangstcomité vervolgden de Heeren de weg naar het terrein waar Willem Holleeder opgesloten zou kunnen zitten de soos van KoKo aan gelegen lag.

Waar de Helden in de veronderstelling waren dat iedere vereniging net zo onverantwoordelijk en losbandig met de coronaregels om zou gaan als het Plateau-bestuur, bleek in Mestreeg niets minder waar. De BarCommers van KoKo – die ongeveer net zoveel gezag en autoriteit uitstraalden als Stift tijdens de wissel – zaten de integratie namelijk sterk te ondermijnen. Door de dictatoriale stuiptrekkingen van de afgekeurde politieagenten leek de gezelligheid namelijk nogal de duikboot in te gaan. Nadat iedereen vervolgens maar besloot om kansloos te zuipen, vond er een kentering plaats. Plots was het gezellig, vonden er serieuze gesprekken plaats én leek de nestor van zijn dozijn pandapunten af te komen. De nieuwe Praeses ontroerde vervolgens de aanwezigen met zijn gulle donatie aan de plaatselijke AC wiens hoofdprijs nog treuriger was dan Kriks charme-offensief bij een dame die zijn moeder had kunnen zijn eerste speech. Erna besloot het collectief om Kamp Koko te verlaten om de stad te verkennen. Eenmaal beland bij een huis dat veel weg had van een Centerparcs-onderkomen, besloot Heuj om het zekere voor het onzekere te nemen en alvast het loodje te leggen voor de avond. De rest van het gezelschap borrelde nog door tot de integratie definitief verdwenen was, waarna de grond bedden maar eens werden opgezocht. De ochtend erna mocht heel treinreizend Nederland zien dat Moes zich nogal opgelucht voelde, maar dat mocht de pret voor de meesten juist niet drukken. Eenmaal terug in Tilburg werd de avond nog even geanalyseerd, waarna het collectief weer over ging tot de orde van de dag.

‘’Heb je een vriend?!’’