Van de regen in de regen

Hoewel Plato binnen de T.H.D. recent voornamelijk in een negatief daglicht wordt gezet door het huidige Heldenbestuur, organiseert zij ook een elitair weekend waarvan het doel is om van de ene prachtige plek naar de andere te zeilen. Daarom stappen de Helden op vrijdagmiddag in een krappe motorboot, om de komende dagen door eindeloze regen van het ene naar het andere verlaten gehucht te tuffen.  

Dit alles werd voorafgegaan door een reis in compacte auto’s volgepropt met niet alleen zwaargewichtige Braquers, maar ook met bagage, tenten, en een eerlijke verdeling Gigjes. Eenmaal de meedogenloze regen op de weg getrotseerd, kreeg iedereen zin om eindelijk de waterwegen van Friesland onveilig te maken. Het goede humeur verdween echter bij Strüdel toen hij zich realiseerde dat hij drie dagen lang jarig zou zijn, en bij Quen toen hij na drie keer afvaren realiseerde dat de lijnen nog vastzaten. 

Soit, de Helden waren te water en weldra werden de eerste piswedstrijden gehouden op het achterdek.  Zo werd de bemanning overweldigd door de regelmaat waarmee Pørko en Rintje men hun geslachtsdeel tentoonstelde. Verder besloten enkele Helden na enige huivering wegens de weeromstandigheden om te trainen voor de aanstaande triatlon middels een duik in het strontkleurige blauwalgwater verfrissende meer. 

Viel er even een stilte dan klonk het al snel “ouwe hogrider” of “sí maatje, ik loev het” door de boot. Nu Moes ouderejaars is en zijn stempel kan drukken is Braque nu eenmaal zo verworden; een aaneenrijging van onoriginele uitspraken. Ondanks dit cynisme is hij ditmaal de bootsleutels niet kwijtgeraakt in zijn broekzak. Wellicht is dit ook te danken aan kapitein Strüdel Quen, wie autocratie over het roer behield gedurende het weekend.  

Ook te danken aan de kapitein is het onzorgvuldig aanleggen waardoor het besturingssysteem het begaf. Zo ziet u maar weer dat hoge bomen veel wind vangen. Zo bezien is het opmerkelijk dat Moes veel wind vangt. Enfin, een arbeider kwam met gepaste spoed de boot repareren, en met evenzo gepaste klasse onderwierpen de eloquente Helden de beste man aan een gesprek over anussen, piemels, tieten, u kent het wel. 

Later diezelfde dag ging het gezelschap naar een restaurant waar wederom bleek dat we leiden aan een laagconjunctuur. Wanneer Strüdel bij het zien van een wandelende neus zegt dat hij verliefd is en Rintje – wie zegt dat hij niet van one night stands houdt en daarom niet met vrouwen hoeft te praten – tegen de serveerster gaat vertellen over zijn cryptoavonturen, weet u dat er stront aan de knikker zit. 

Na twee nachten onthouden te zijn van basiscomfort herhaalde het circus zich een laatste dag, echter nu zonder alcohol, en de plezierpotentie dat inherent toch al beperkt was, werd zodoende gelimiteerd tot een nieuwgevonden minimum. Had ik al gezegd dat het regende? Wegens dit ongekende succes doen we het volgend jaar weer. 

“Jouw vader staat in de Quote? Mijn vader verdient twee ton.”